Hilde
De deur sloot bijna geluidloos, toen ze deze met de woorden "Nee hoor, ik voel me niet eenzaam, dankjewel voor het bezoek", zachtjes in het slot duwde.
Van achter de opzij geschoven lamellen zwaaide ze naar de twee bevriende echtparen en hun kinderen.
Ze waren haar vergeten uit te nodigen voor het kerstdiner, maar ze kon uiteraard best aanschuiven.
"Het zal wel krap zijn, maar we zetten er gewoon een extra bordje bij. En iedereen krijgt gewoon wat minder", had Dries grappend gezegd.
Een grap die door de anderen met luide lach instemmend werd beantwoord.
Hilde had ook gelachen. Niet zo uitbundig als de anderen, want deze opmerking legde precies haar eenzaamheid uit.
Ze was vergeten door de mensen die haar hun beste vriendin noemden; die wisten van het verdriet om haar eenzaamheid sinds de dood van Harry en de verstoting door haar kinderen.
'Ze kon best aanschuiven' had ook niet echt geklonken als een oprechte, warme uitnodiging. Ze had de uitnodiging afgeslagen.
Het deed Hilde veel verdriet, omdat ze zich het laatste half jaar enorm had ingespannen voor het gezin van Dries en Karen, toen zij met hun dochter in het ziekenhuis verbleven.
Ze had maandenlang voor hen gekookt, de andere twee kinderen opgevangen van school en hen naar de sportverenigingen gebracht.
En de hond uitgelaten.
Ook Frits en Marian waren goede vrienden. Hilde kende Marian van de sjoel vereniging en Frits van de Auto Speurtocht Club. Ze had stiekem een blind date geregeld en sinds die date waren Frits en Marian een stelletje.
Ze had eigenlijk de hoop gehad dat Frits Marian niet leuk zou vinden, zodat ze hem een hart onder de riem kon komen steken; of troosten, misschien wel.
Dan zou ze tegen hem aan kruipen en dan zou ze zo het hart van Frits veroveren.
Want ze was stapel verliefd op hem geweest. En nog wel, dacht ze soms.
Maar het had heel anders uitgepakt en nu deed ze elke keer als ze Frits en Marian zag alsof ze heel erg blij voor hun was, maar het deed haar pijn. Heel veel pijn.
Ze had wel eens het idee gehad dat Frits het wel door had. Een knipoog, een net te lange knuffel bij een begroeting. Kleine signalen, nooit merkbaar voor Marian.
Dries en Karen hadden Frits en Marian bij haar leren kennen op een verjaardag. Het klikte meteen. Ze hadden ook zoveel overeenkomsten. Zo hielden ze alle vier van camperen, van de kermis en van zwemmen. En hun kinderen konden het goed met elkaar vinden. Zo ontstond er een hechte vriendschap waar Hilde steeds meer buiten kwam te staan met als toppunt dat ze zelfs vergeten waren om haar uit te nodigen voor het kerstdiner.
Toen iedereen vertrokken was sloot Hilde de lamellen en liep naar de achterdeur waar Poezel, met luid gemiauw liet horen dat ze naar binnen wilde.
Meteen bij het openmaken van de deur, glipte naast Poezel ook Terence mee naar binnen. Terence was het onafscheidelijke vriendje van Poezel, de achtergelaten kater van de vorige buren. Nou ja, niet echt achtergelaten, maar hij bleef maar terugkomen en uiteindelijk hadden ze hem niet meer opgehaald en was Terence officeel een zwerfkater.
En nu was hij mee naar binnen geschoten en stond hij, net als Poezel, te miauwen voor de kast waar de brokjes in bewaard werden.
Ze moest er om lachen.
Niet om het steeds harder wordende geluid dat uit de kelen van de katten kwam, maar om het besef dat de katten ook alleen maar bij haar kwamen als ze iets nodig hadden. Net als haar beste vrienden.
Ze opende de kastdeur en pakte de plastic bewaarbox van de kattebrokjes.
Ze keek naar de twee hongerig ogende katten en naar het smalle plekje in de keuken waar Poezel altijd haar brokjes kreeg.
Terwijl ze de bewaarbox open deed zei ze zachtjes,
"Het zal wel krap zijn, maar ik zet er gewoon een bordje bij".
Reacties
Een reactie posten